Drenthe is geen schietschijf

Drenthe is geen schietschijf

De uitbreiding van het militaire oefenterrein De Haar in Drenthe raakt niet alleen boeren en omwonenden, maar legt ook een pijnlijk probleem bloot: hoe de rijksoverheid omgaat met regio’s buiten de Randstad. Terwijl de noodklok klinkt bij boerenbedrijven die met onteigening worden bedreigd, en bewoners zich zorgen maken over permanente overlast, duwt Defensie zijn plannen door alsof Drenthe een blanco kaart is. Er is amper sprake van inspraak, laat staan van zorgvuldig bestuur.

Defensie beroept zich op de noodzaak van versterking van de slagkracht. Dat is op zichzelf legitiem. Maar de manier waarop dat wordt gerealiseerd – zonder open afweging, zonder transparante alternatieven, en zonder draagvlak – is dat niet. Waarom wordt er geen consensus gezocht met de regio? En waarom wordt er niet eerst gekeken naar oplossingen voor compensatie van natuur en een toekomst voor agrarische bedrijven – in overleg, in plaats van over de hoofden heen?

Het tempo waarmee het ministerie handelt, en de manier waarop bewoners en boeren worden geïnformeerd – vaak pas nádat besluiten al zijn genomen – roept serieuze vragen op. Zo bouw je geen vertrouwen op, zo breek je het af. En juist dat vertrouwen is van levensbelang, ook voor een krijgsmacht die zich in de samenleving verankerd wil weten.

Drenthe is geen schietschijf. Het is een provincie met kwetsbare natuur, boeren die met hart voor hun grond werken, en gemeenschappen die al decennia investeren in hun leefomgeving. Als de overheid werkelijk gelooft in participatie en gebiedsgericht beleid, dan hoort daar een ander proces bij: minder militaire logica, meer democratische rekenschap.

Sam Pormes