Onderwijs als hefboom tegen armoede

Onderwijs als hefboom tegen armoede in Maluku Tengah

In de Indonesische regio Maluku Tengah wordt de strijd tegen armoede met vernieuwde energie gevoerd. Met een armoedepercentage van 17,48% – beduidend hoger dan het toch al zorgwekkende gemiddelde van de Molukken – staat het district voor een enorme uitdaging. Maar waar de nood het hoogst is, lijkt ook het besef te groeien dat structurele verandering alleen mogelijk is als onderwijs centraal staat.

Een opvallend antwoord op deze situatie komt in de vorm van het programma Sekolah Rakyat, letterlijk: ‘Volkschool’. Dit initiatief, dat de steun krijgt van onder meer de studentenorganisatie Liga Mahasiswa Nasional untuk Demokrasi (LMND) in Maluku Tengah, wil onderwijs toegankelijker maken voor de sociaal-economisch kwetsbare groepen. Het gaat daarbij niet alleen om formele scholing, maar ook om praktische vaardigheden, lokale kennis en economische weerbaarheid.

Wat dit programma bijzonder maakt, is de expliciete koppeling tussen onderwijs en armoedebestrijding. In plaats van te wachten op economische groei die mogelijk ooit ‘naar beneden druppelt’, zet Sekolah Rakyat in op directe versterking van mensen aan de basis. De gedachte is helder: wie leert lezen, rekenen en plannen – én vaardigheden ontwikkelt die aansluiten op de lokale realiteit – vergroot zijn of haar kansen op werk, zelfredzaamheid en emancipatie. Daarmee wordt het onderwijs een strategisch instrument, geen bijkomstigheid.

De steun van organisaties als LMND onderstreept dat dit geen top-downbeleid is, maar een beweging die gedragen wordt door jongeren die de realiteit van hun dorpen en wijken door en door kennen. Zij spreken niet over, maar vanuit de gemeenschap. Hun pleidooi voor samenwerking – tussen overheid, burgers en maatschappelijke organisaties – is dan ook meer dan een beleefdheidsformule. Het is een voorwaarde voor succes.

Sekolah Rakyat staat daarmee symbool voor een bredere verschuiving in het denken over ontwikkeling. Geen grootschalige, opgelegde oplossingen, maar lokaal ingebedde programma’s die recht doen aan context en cultuur. Geen educatie als abstract leerproces, maar als middel tot zelfbeschikking en sociale rechtvaardigheid.

Als dit initiatief slaagt, dan is Maluku Tengah niet langer alleen een regio met een pijnlijk hoog armoedecijfer, maar ook een laboratorium voor sociaal beleid met impact. En misschien nog belangrijker: een inspiratiebron voor andere gebieden die, net als Maluku Tengah, worstelen met de vraag hoe je van onderop aan toekomst bouwt.